Hoe werkt baangebruik op Schiphol?

Welke banen worden ingezet is afhankelijk van veel factoren, voornamelijk het weer en de hoeveelheid vliegverkeer. Daarnaast gelden er regels voor het baangebruik. Samen met de luchthaven zorgt LVNL dat het vliegverkeer veilig kan landen en starten met zo min mogelijk overlast voor de omgeving. 

Piekuren, buiten de piek en in de nacht 

Tijdens de piekuren (als er veel verkeer moet landen of juist moet vertrekken) zijn meestal drie banen gelijktijdig in gebruik. Buiten de piekuren zijn twee banen in gebruik. In bijzondere omstandigheden (bijvoorbeeld bij storm) kan er soms slechts één baan in gebruik zijn. Daarop wordt dan gestart én geland. Tussen 23:00 en 06:00 uur is slechts één startbaan en één landingsbaan in gebruik. Dit zijn in principe de Kaagbaan en de Polderbaan, omdat gebruik van deze banen per saldo voor de minste geluidsoverlast zorgen. De aan- en uitvliegroutes liggen grotendeels over minder dichtbebouwd gebied lopen dan de andere banen. 

Beschikbaarheid van banen 

Weersinvloeden hebben veel invloed op het baangebruik op Schiphol. Denk aan overtrekkende buien met onweer, regen of sneeuw. Bij slecht zicht, bijvoorbeeld tijdens mist, kunnen bepaalde baancombinaties niet gebruikt worden omdat ze in elkaars verlengde liggen. Maar ook de wind speelt een belangrijke rol. Vliegtuigen starten en landen namelijk zoveel als mogelijk tegen de wind in vanwege de veiligheid. Daarnaast is het natuurlijk ook nodig om de banen op Schiphol te onderhouden. Door dit onderhoud of inspecties kan een baan voor een korte of langere periode niet beschikbaar zijn.